Advies
Luxmeters en lichtmeters
Licht is straling binnen het elektromagnetisch spectrum. Zichtbaar licht wordt gewoonlijk gedefinieerd als golflengten tussen 380 en 780 nanometer. Het ligt tussen het onzichtbare infrarood (IR) en het eveneens onzichtbare ultraviolet (UV). Er bestaat een grote verscheidenheid aan methoden en apparaten om licht te meten, samengevat onder de term fotometrie. Zij verwijzen naar de fysische grootheden lichtsterkte, lichtstroom, verlichtingssterkte en luminantie. In deze gids maken wij u vertrouwd met de belangrijkste verlichtingsmeetapparatuur, zoals de luxmeter, en lichten wij hun functie en toepassingsgebieden toe.
Werkingsprincipe
Moderne meetapparaten voor de luxwaarde werken volgens het principe van een gelijkstroom- of fotovoltaïsche cel: een geïntegreerde schakeling ontvangt een bepaalde hoeveelheid licht en zet dit om in een analoog elektrisch signaal. Dit signaal wordt gevisualiseerd door de beweging van een naald, het oplichten van LED's of de weergave van een getal in het LCD-scherm. Een fotoresistor verbonden met een ohmmeter zou theoretisch dezelfde resultaten opleveren voor de luxwaarde. Een spectraal correctiefilter voorkomt dat hoogenergetische kleurcomponenten de meting verstoren.
Gebruik
De luxmeter werd voor het eerst gebruikt door fotografen of cameramensen en door lichtontwerpers als lux-belichtingsmeter. Maar ook energiespecialisten grijpen steeds vaker naar de luxmeter, bijvoorbeeld om de binnen- of buitenverlichting te optimaliseren. In de milieubescherming worden luxmeters gebruikt om lichtvervuiling of lichtinval kwantitatief te indexeren met het oog op de vermindering ervan door middel van aangepaste verlichtingsmaterialen en -strategieën. In de industriële sector kan een luxmeter bijvoorbeeld worden gebruikt om te bepalen of werknemers over de verlichting beschikken die zij voor hun werkplek nodig hebben.
Kleurmeters
Kleurmeetinstrumenten zijn in de handel verkrijgbaar met verschillende namen. De meest voorkomende zijn fotometers, spectrometers, spectroscopen, spectrofotometers, spectroradiometers, roosterspectrometers, colorimeters of kleuranalysatoren. Wat ze allemaal gemeen hebben is een ingebouwde of aparte sensor voor de RGB-kleurruimte, vaak gecombineerd met een neutrale witte lichtbron voor reflectiemeting.
Functie
Kleurmeters met hoge nauwkeurigheid werkt zowel passief als actief. Bij passieve kleurmeting meten zij via een interne of externe sensor de lichtstraling die door het voorwerp wordt gereflecteerd - het zogenaamde absorptiespectrum. Deze bestaat hoofdzakelijk uit fotodiodes, halfgeleiderdetectoren of fotomultiplicatoren. Bovendien worden kleurenfilters, prisma's of roosters gebruikt om de additieve primaire kleuren rood, groen en blauw te scheiden. De gemeten waarden zijn rechtstreeks afhankelijk van het kleurenspectrum van de lichtbron. Bij actieve kleurmeting genereert een lichtbron neutrale witte straling die door het (gekleurde) voorwerp wordt gereflecteerd en gemeten. Veel apparaten kunnen ook het emissiespectrum van de lichtbron analyseren en tevens waarden verstrekken zoals verlichtingssterkte, kleurtemperatuur, kleurcoördinaten en kleurzuiverheid. In sommige gevallen meten ze ook de flikkerfrequentie van TL-buizen.
Gebruik
Kleurmeters zijn altijd nodig wanneer kleuren objectief moeten worden beoordeeld. Dit geldt bijvoorbeeld voor drukkers, ontwerpers, interieurarchitecten of verlichtingsontwerpers. Maar ook op wetenschappelijk gebied zijn kleurmeetinstrumenten onmisbaar geworden, bijvoorbeeld voor toepassingen in biochemische laboratoria of forensisch onderzoek. Aangezien veel apparaten nu zijn uitgerust met interfaces zoals USB of Bluetooth, kunnen de vastgestelde kleurwaarden worden overgebracht naar dataloggers, pc's of tablets voor documentatie of verdere verwerking.
Moderne lichtmeters omvatten ook systemen die enkele jaren geleden helemaal niet nodig waren. Dit zijn bijvoorbeeld zonne-energiemeters.
Deze testers bepalen de door de zon uitgestraalde energie en gebruiken die om het totale vermogen, de mate van efficiëntie en de optimale oriëntatie van zonnestroomsystemen te berekenen.
Ook meetapparatuur voor ultraviolette straling wordt steeds belangrijker. In principe ontworpen als een passieve kleurmeter of luxmeter, is hij geoptimaliseerd voor de detectie van elektromagnetische straling in het golflengtegebied van 290 tot 390 nanometer. Het detecteert UV-A en UV-B straling.
Verwant aan dergelijke UV-meters zijn luxmeters voor het zichtbare spectrale bereik van 400 tot 700 nanometer. Zij meten echter niet de verlichting in lux per se, maar de delen van de straling die door planten kunnen worden gebruikt, d.w.z. het deel dat verantwoordelijk is voor de fotosynthese.
Een dergelijk apparaat, een zogenaamde kwantummeter, is nuttig bij het cultuurbeheer onder glas en in de dienstruimte voor binnenbegroening.